Waarom sociale advocatuur zo belangrijk is: er moet geld en menskracht bij
De sociale advocatuur zit in zwaar weer, zowel financieel als qua personeelsbestand. Door lage vergoedingen, een verouderd puntensysteem en een hoge werkdruk verdienen sociaal advocaten vaak onvoldoende. Daarom stoppen er heel veel. Rechtzoekenden lopen zo de rechtsbescherming mis, waar ze volgens de Grondwet recht op hebben.
Voor wie is de sociale advocatuur?
De sociale advocatuur is er voor mensen die zelf rechtsbijstand niet kunnen betalen, vaak in zaken waarin burgers tegenover de overheid staan, zoals uitkerings- of schuldenkwesties. De toeslagenaffaire laat zien hoe belangrijk dat is. De hersteloperatie (foto) is nog altijd niet over. Zonder een degelijke sociale advocatuur moeten kwetsbare groepen zichzelf verdedigen. Dit is niet alleen onrechtvaardig, maar ondermijnt ook de rechtsstaat. Om in aanmerking te komen mag hun inkomen niet hoger zijn dan 33.200 euro per jaar. Uw advocaat vraagt dit voor u aan bij de Raad voor de Rechtsbijstand.
Slechts 23 procent van de gehele advocatuur is actief als sociaal advocaat. Dat lijkt veel, totdat het wordt afgezet tegen de 350.000 aanvragen per jaar. Dat aantal is veel te hoog om aan te kunnen door zo’n kleine groep, zegt de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA).
De sociale advocatuur werkt volgens een puntensysteem
De vergoeding van sociaal advocaten gaat volgens een puntensysteem en een vast uurtarief.
- Puntensysteem: sociale advocaten krijgen per zaak een vast aantal punten toegekend, waarbij 1 punt overeenkomt met ongeveer 1 uur werk. De vergoeding is gebaseerd op dit maximum aantal punten, terwijl de daadwerkelijk bestede uren vaak ruimschoots overschreden worden. Extra gewerkte uren worden niet betaald. Dat nemen deze advocaten vaak voor eigen rekening, wat hun bedrijfsvoering in gevaar brengt.
- Uurtarief: per uur krijgen zij slechts 134 euro, waar zij hun hele kantoor inclusief personeel van moeten laten draaien. De vele onbetaalde overuren zijn ongunstig.
- Eigen bijdrage: cliƫnten betalen een eigen bijdrage van 176 euro. Vaak kunnen zij ook dat bedrag niet ophoesten en dragen de advocaten ook hiervan de kosten.
Structurele personele problemen
Door het huidige financieringsstelsel is de sociale advocatuur op meerdere fronten in last. Er is momenteel een ontoereikende instroom. Er komt nauwelijks nieuwe aanwas. Voor jonge advocaten is de baan financieel en organisatorisch weinig aantrekkelijk. Daarnaast zijn er weinig opleidingsplekken. Advocaat word je na een stage van 3 jaar. Daar moet dan wel geld voor zijn. Ook stappen er door de lage vergoedingen en de hoge werkdruk veel ervaren advocaten uit het vak.
Cijfers op een rijtje
Als we kijken naar de uittredingen in de laatste 5 jaar jaar alleen al, dan zien we de volgende cijfers:
- 900 sociaal advocaten hebben de sector verlaten, wat neerkomt op een daling van 13 procent.
- Hiervan betreft 51 procent advocaten in de leeftijd van 20 tot 35 jaar.
- De komende jaren gaan naar verwachting 2.500 sociaal advocaten met pensioen.
- In 2024 stopten er 307 advocaten, waarvan ongeveer 50 procent jonger dan 35 jaar.
Financiering sociale advocatuur
In 2017 is er vanwege de toeslagenaffaire door de regering een eenmalige extra financiering van 154 miljoen euro in de sociale advocatuur gestopt. Maar de behoefte is structureel. Om de sector toekomstbestendig te maken, is er jaarlijks een extra bedrag van 40 miljoen nodig, stelt het rapport van de commissie-Van der Meer II vast. De Nederlandse Orde van Advocaten is positief over deze aanbevelingen.
(Bron: NOvA, NRC, NOS, Tweede Kamer, commissie-Van der Meer II, archief. Foto: ANP)