Kwart van Nederlandse huishoudens is 65-plus
De Rijksoverheid heeft de samenstelling van de Nederlandse huishoudens onderzocht. Hieruit blijkt dat in 2018 ruim 26 procent van de huishoudens bestaat uit 65-plussers. Uit een eerdere analyse komt dit percentage niet boven de 23 procent uit.
Voor het woononderzoek, dat elke 3 jaar wordt herhaald, worden bijna 80 mensen gevraagd naar hun woonsituatie. De afgelopen jaren blijkt uit de antwoorden dat steeds meer huizen worden bewoond door oudere mensen. In 2002 bestaat nog nog geen 20 procent van alle huishoudens uit 65-plussers, maar in 2018 is dit percentage dus al opgelopen naar 26 procent. In totaal gaat het hier om een stijging van 665.000 mensen. Hierdoor bestaat ruim 2 van de in totaal 8 miljoen huishoudens uit mensen ouder dan 65 jaar.
Gehecht aan het eigen huis
Steeds meer van deze mensen wonen in een eigen woning. In 2006 woont 54 procent personen binnen de leeftijdscategorie 65-69 in een eigen woning, maar in 2018 is dit al 63 procent. Veel van de mensen die een eigen woning hebben, wonen hier al meer dan 25 jaar en driekwart zegt gehecht te zijn aan het eigen huis. Deze groep denkt niet aan verhuizen, maar er zijn ook ouderen die dit wel doen. Mensen tot 75 jaar die verhuizen kiezen relatief vaak voor een koopwoning; 40 procent ziet dit als de best optie. Zij kiezen dan vaak voor een eengezinswoning of een appartement. Mensen die gaan huren, kiezen vaker voor een appartement dan voor een eengezinswoning.
Meeste 65-plus huishoudens in Zeeland
Niet in elke provincie is het percentage oudere bewoners even groot. In Zeeland bestaat verreweg het meeste huishoudens uit mensen van 65 jaar en ouder. Daar vormen 65-plussers éénderde van alle huishoudens. De reden hiervoor wordt niet gegeven, maar mogelijk is dit omdat zeeland een zogenoemde krimpregio is. Dat wil zeggen dat er weinig jonge mensen komen wonen en de huidige bevolking daarom vergrijsd.
Bron: Rijksoverheid, Volkskrant.