Nieuwe pensioenwet is een feit: ook Eerste Kamer stemt voor
De nieuwe pensioenwet, de Wet toekomst pensioenen, is een feit. De Eerste Kamer stemt na een lange discussie over de grondwettelijkheid van de nieuwe pensioenwet voor met 46 leden voor de wet en 27 tegen.
Nieuwe pensioenwet een feit
Minister Carola Schouten (Pensioenen) noemt het “een belangrijke stap” dat ook de Eerste Kamer heeft ingestemd met de nieuwe pensioenwet. “Met deze wet zorgen we dat ons pensioen goed geregeld blijft”, aldus de bewindsvrouw. Dat geldt volgens Schouten voor mensen die al met pensioen zijn, maar ook voor mensen die nu nog werken en voor toekomstige generaties.
In het nieuwe stelsel wordt de pensioenopbouw persoonlijker met individuele potjes dan het huidige stelsel, dat uitgaat van een collectieve pot. Hoe dit precies zit, leest u in dit artikel. Over een paar jaar krijgen alle werkenden die via hun werkgever voor hun pensioen sparen of gespaard hebben dus een nieuwe regeling. Ook voor zzp’ers die voor een pensioen sparen, gaat er wat veranderen.
Jaren discussie
Over het nieuwe pensioenstelsel is maar liefst 15 jaar gediscussieerd. Eerst tussen werkgevers en vakbonden, daarna in de Tweede en Eerste Kamer. Schouten zegt een “grote verantwoordelijkheid” te voelen voor een zorgvuldige overgang.
Voorstanders van de wet benoemen vooral dat het nieuwe systeem transparanter is en gunstiger voor mensen met flexibele banen en kortere contracten. Daarnaast zou het eerlijker uitpakken voor jongere generaties omdat zij niet meebetalen aan de hogere uitkeringen van oudere generaties. Tegenstanders lichten juist het grotere risico en de onzekerheid over de precieze einduitkering uit.
Wanneer gaat de nieuwe pensioenwet in?
De nieuwe pensioenwet gaat op 1 juli 2023 in. De overgangsfase van enkele jaren die dan begint, is bedoeld voor werkgevers en werknemers om afspraken te maken over aanpassing van hun pensioenregeling. Vervolgens is het aan pensioenuitvoerders om deze afspraken uit te voeren.
De pensioenfondsen krijgen daarvoor een jaar langer de tijd dan oorspronkelijk was gepland, tot 1 januari 2028. Schouten kwam daarmee deels tegemoet aan zorgen die leefden in de Eerste Kamer. Meerdere partijen vreesden grote problemen in de uitvoering als veel fondsen tegelijk vlak voor de deadline de overstap zouden willen maken.
(Bron: Archief, Eerste Kamer, ANP. Foto: ANP)