Gebruik deze 5 tips en ga veilig om met wachtwoorden

Wachtwoorden zijn de sleutel op uw deur

Goede wachtwoorden horen bij de basis van uw online veiligheid. Ze zijn de sleutels tot uw persoonlijke gegevens, uw opslag, aankopen, contacten en hele hebben en houden. Toch zijn veel mensen slordig met wachtwoorden. Het is ook best lastig om wachtwoorden te onthouden. Maar u wilt toch niet dat mensen makkelijk bij uw klantgegevens kunnen of uw BSN kunnen stelen? Of dat ze uw facebookvrienden een berichtje kunnen versturen, uw Whats-App overnemen of uw computer blokkeren? Ook al zijn wachtwoorden soms lastig, het is heel belangrijk dat u ze goed op orde heeft. Voor bijna iedere online dienst wordt tegenwoordig om een gebruikersnaam en wachtwoord gevraagd. Iedere keer maar hetzelfde wachtwoord invullen dan? Of met een uitroepteken erachter? Dat kan, maar is erg onverstandig.

Risico op datalek

Al die diensten waar u uw gegevens achterlaat, kunnen te maken krijgen met een datalek. Een datalek betekent dat er (klant)gegevens openbaar komen die eigenlijk geheim moeten blijven. Het gebeurt dagelijks dat klantgegevens van zowel grote- als kleine bedrijven op straat komen te liggen. Soms maakt het bedrijf zelf een fout, maar het komt ook voor dat een organisatie van buitenaf wordt aangevallen. Criminelen hebben baat bij uw persoonlijke gegevens. Hiermee kunnen ze van alles doen. Denk aan: het sturen van valse sms’jes over het verlopen van uw betaalpas. Of het verzamelen van uw bankgegevens, BSN of e-mailadres. Maar meestal is de interesse voor de inloggegevens en wachtwoorden groter. Die worden namelijk vaak door gebruikers hergebruikt en daardoor kunnen criminelen bij een schat aan gegevens.

1. Gebruik niet hetzelfde wachtwoord

Iedereen weet dat je niet zomaar je pincode aan een vreemde moet geven. Maar het wachtwoord van je supermarktaccount, je bioscoop, of je favoriete webshop, dat is toch niet zo erg? Nou, kwaadwillenden kunnen er meer mee dan je denkt. Helemaal als u vaak hetzelfde wachtwoord gebruikt of maar een kleine variatie toevoegt. Er hoeft maar één datalek te zijn en internetcriminelen kunnen in heel veel accounts. Wachtwoorden kunt u vergelijken met uw sleutelbos. U heeft toch ook niet dezelfde sleutel voor uw fiets, auto, voordeur, tuinhuis, kantoor en caravan? Want als er dan één sleutel weg is, moet u alle sloten vervangen. Zo zit het ook met wachtwoorden.

2. Maak lastige wachtwoorden

De meeste websites vragen van u een moeilijk wachtwoord te verzinnen met hoofdletters, gekke tekens en cijfers. Dit is natuurlijk niet voor niets, want een te makkelijk wachtwoord, valt makkelijk te kraken. Maar als u ‘Welkom123!’ gebruikt, houdt u zich misschien wel aan de regels, maar is het nog steeds makkelijk om in uw accounts te komen. Tech-experts raden aan om ‘wachtzinnen’ te gebruiken. Bijvoorbeeld: ‘ik kijk altijd graag naar omroep max’, deze zin is makkelijk te onthouden, maar lastig te kraken. Uiteraard kunt u ook zelf een sterk wachtwoord verzinnen. Gebruik dan niet uw woonplaats, adres of favoriete huisdier. Willekeurige tekens, of woorden die niks met elkaar te maken hebben, zijn beter.

3. Gebruik een password manager

Tegenwoordig zijn er allerlei programma’s die u kunt gebruiken om uw wachtwoorden veilig op te slaan. Deze programma’s worden ook wel ‘password managers’ genoemd. U heeft nog maar één wachtwoord nodig en het programma beheert versleuteld al uw andere wachtwoorden. Nou denkt u misschien: één wachtwoord, dat is toch juist heel onveilig? Deze programma’s zijn erin gespecialiseerd om uw wachtwoorden versleuteld te bewaren. De kans dat uw wachtwoorden daar lekken, is heel klein. Wanneer u steeds hetzelfde wachtwoord bij slecht beveiligde diensten gebruikt, is het risico veel groter.
Voorbeelden van password managers zijn: LastPass, 1Password, Bitwarden, en Keepass. De password managers zijn niet alleen een digitale kluis, maar verzinnen zelf ook sterke wachtwoorden die u kunt gebruiken voor nieuwe accounts.

4. Schrijf het op

Er is niet zoveel mis mee om uw wachtwoorden op te schrijven. Als u zich veilig voelt in uw eigen huis, of uw huisgenoten vertrouwt, kan dat prima. U kunt wachtwoorden ook cryptisch opschrijven, of in een telefoonnummer verwerken. Dan heeft u misschien niet meteen het wachtwoord voor u, maar wel een handig geheugensteuntje. Als u uw wachtwoorden opschrijft, doe dat dan in ieder geval niet digitaal in een documentje dat: ‘wachtwoorden’, heet. Want dat document is vaak niet beveiligd en als er dan iemand in uw computer zit, kan het overal bij.

5. Tweestapsverificatie

We komen het op steeds meer plekken tegen: tweestapsverificatie. Als u inlogt met uw DigiD, moet u vaak via SMS of de DigiD-app, nog een code invullen. Dit is soms een vervelend klusje, maar het geeft wel extra veiligheid. Voor veel online diensten kunt u instellen dat er pas een sms-controle plaatsvindt als uw account wordt gebruikt voor een nieuw apparaat. Dus als er bijvoorbeeld met uw Google-account op een andere computer wordt ingelogd, kunt u een berichtje krijgen om te bevestigen of u dat wel bent. Handig! Want zo wordt het een stuk moeilijker om bij u in te breken.

Lees ook:

Word ik bespioneerd door mijn slimme apparaten?

Hoe gaat u veilig om met slimme apparaten?